Plastic fantastic
Van Kenia tot Kazachstan: over heel de wereld stuit designer Dave Hakkens (29) op de piepkleine plasticfabriekjes die kortgeleden enkel in zijn hoofd bestonden.
Er was een tijd dat Dave Hakkens zijn achterste afveegde met zijn blote handen. Vorig jaar, op reis in India. Natuurlijk, hij had heus wel ergens een wc-rol in zijn backpack kunnen stoppen. Maar wc-papier kende hij al. Wat de locals deden was onbekend terrein. Hand erlangs, afspoelen, klaar. Als de hele wereld hun voorbeeld zou volgen, scheelt het dagelijks 27.000 bomen aan toiletpapier, berekende hij op die Indiase pot.
“In Nederland ben ik gewoon weer wc-papier gaan gebruiken”, glimlacht Dave. “Maar ik heb mijn leven wel ingericht met zulke experimenten. Door constant off-road te gaan, kom je op de interessantste dingen uit.”
De verslavend leuke filmpjes op zijn videoplatform story-hopper.com gaan veelvuldig over dit soort geëxperimenteer. Hij stelt de vragen die niemand stelt: hoeveel ton afval zouden we besparen als alle tandenborstels op aarde een fractie korter worden gemaakt? Doorspekt met gortdroge humor zien we bovendien hoe Dave een kale kip uit de bio-industrie adopteert, shampoo afzweert, een maand leeft zonder te kauwen of vrijwillig dakloos wordt. De zoektochten van een moderne hippie? “Nou, ik snap dat het zweverig overkomt als ik mijzelf zeven dagen opsluit in een boeddhistisch klooster omdat ik wil weten wat dat met mijn hoofd doet. Maar het draait allemaal om leren. Je kunt leven zoals je denkt dat het moet en dan leer je niet zoveel. Of je kijkt verder dan wat je kent, en wie weet wat je opsteekt.”
Weerstand
Hij heeft niet altijd zo gretig buiten de lijntjes gekleurd. “In Valkenswaard, mijn geboortedorp, werd het heel snel gek gevonden als je iets anders deed. Als ik skatete op straat, vroeg men waarom ik zo’n grote broek aanhad.” De gedroomde timmermansopleiding stelt teleur: te veel maken, te weinig nadenken over de achterliggende ideeën. Maar op het mbo in Boxtel worden zijn hersenspinsels niet langer beteugeld. Na zijn afstuderen volgt de overstap naar de vermaarde Design Academy Eindhoven. “De eerste jaren zat ik ook maar gewoon dingen te maken waarvan ik dacht dat ze mooi waren.” Een houten wijnglas. Een eetbare pen. Een robotstofzuiger waarmee je kunt voetballen. Het keerpunt komt wanneer hij kijkt naar mini-docu The Story of Stuff, een middelvinger naar onze wegwerpeconomie.
Al snel schemert de strijd tegen verspilling ook in zijn ontwerpen door. Het hoogtepunt: afstudeerproject Phonebloks, een modulair mobieltje opgebouwd uit functionele legoblokjes die gebruikers naar eigen inzicht kunnen upgraden, vervangen en (her)indelen. “Als je fietslamp kapot gaat, gooi je niet je hele fiets weg”, legt Dave uit. “Maar veel elektronica is wel opzettelijk zo gemaakt, met een gigantische berg e-waste als gevolg. Zo ben ik op Phonebloks gekomen.”
Zijn docenten bekijken het project aanvankelijk met scepsis. “Nadat ik deze weg insloeg, was er altijd weerstand”, herinnert Dave zich. “Welke kleur heeft de telefoon?, wilden ze weten. Houdt-ie lekker vast? Hoe groot is-ie? Voor mij waren dat details. Het ging om het idee. Maar niemand snapte het.”
Het verandert als hij de filosofie achter Phonebloks in september 2013 online uiteenzet. In een zucht staat de video op CNN en Al Jazeera, belandt Dave bij De Wereld Draait Door en hangen tal van telefoonfabrikanten aan de lijn. Hij studeert cum laude af, wordt ingevlogen naar Silicon Valley en krijgt zelfs een baan aangeboden bij Google. Hij blijft echter trouw aan zijn plan. “Mijn idee was nooit om patenten aan te vragen en rijk te worden. Ik wilde het ding niet eens zelf maken. Ik wilde simpelweg mijn toekomstvisie in de lucht gooien, kijken hoeveel mensen enthousiast zouden worden en zo hopelijk de industrie de goede kant op sturen. Ik zag het als een tienjarenplan, maar de eerste modulaire telefoons zijn inmiddels al gerealiseerd.”
Foto: archief Dave Hakkens
Confetti
En zo heeft Dave de handen vrij voor het volgende project: Precious Plastic. Backpackend door Azië stuit hij overal op plastic afval. Aangespoeld op afgelegen eilandjes, rondslingerend in jungledorpjes of smeulend op eindeloze vuilnisbelten. “Je kunt nog zoveel documentaires bekijken over een probleem, maar het gaat pas echt leven als je het met je eigen ogen ziet.”
Waar bij veel mensen vervolgens de moed in de schoenen zakt door de grootsheid en complexiteit van de problematiek, zoekt Dave direct naar oplossingen. “De reden dat zo’n probleem niet 1-2-3 oplosbaar lijkt, maakt het voor mij juist interessant. Het wordt een puzzeltje. Natuurlijk is het soms overweldigend, maar door het probleem te ontleden wordt het minder imposant. Bovendien: al dat plastic afval hebben we in dertig jaar gemaakt. Als je genoeg mensen mobiliseert, kunnen we het in dertig jaar ook weer ontmaken.”
Hij bedenkt een machine waarmee elke bidon, badeend of broodtrommel kan worden vergruisd tot een soort plastic confetti, wat op zijn beurt de grondstof vormt waarmee een handvol andere machines nieuwe producten kan maken. Zo kunnen mensen over de hele wereld niet alleen hun leefomgeving van afval ontdoen, maar daar vervolgens ook waarde uithalen en zelfs een bedrijfje starten. “Met minimale middelen haal je een maximaal effect.”
Er is één probleem: aanvankelijk heeft hij geen idee hoe je zulke machines bouwt. “Ik ben maar gewoon YouTubefilmpjes gaan kijken. De techniek bestond namelijk al lang. De uitdaging was om machines te creëren waarmee iedereen uit de voeten kan.”
En dus zet de dwarse designer zijn plannen wederom gratis op internet. Al snel wordt hij gesteund door een vreemdelingenlegioen van enthousiastelingen. “Omdat je iets deelt, krijg je ook iets terug”, weet Dave. Versie 3.0 van Precious Plastic is deze herfst gelanceerd. De gratis bouwtekeningen en instructievideo’s zijn laagdrempeliger dan ooit. Er is een online marktplaats waarop geupcyclede producten kunnen worden gedeeld en een interactieve wereldkaart waarop (aspirant-)gebruikers een virtuele vlag in de grond kunnen steken.
Klimmuur
“Ping!” Er klinkt een belletje door de ruimte. “Een signaal dat er ergens een vlaggetje is geplant”, lacht Dave. De teller staan inmiddels op zo’n 200 DIY-plasticfabriekjes en wekelijks komen er nieuwe bij. Van Equador tot Nieuw-Zeeland en van Bangladesh tot Senegal. “En dat zijn enkel de mensen die het ons hebben laten weten.”
Eerder dit jaar ontwierp hij Stop Printing Crap: een gratis uit te printen geheugensteuntje voor iedereen die met zijn 3D-printer enkel nutteloze frutsels afdrukt. Achter de moddervette knipoog gaat wel degelijk een serieuze zorg schuil. Met Precious Plastic probeert hij zijn online community dan ook zo waardevol mogelijke functies te bieden. De laatste optie: volledige balken persen of plastic zo mengen en polijsten dat het sprekend marmer lijkt. “We zoeken voortdurend de grenzen van het materiaal op. Kijk, de mens werkt al vele honderden jaren met staal, glas en hout, maar plastic bestaat pas 100 jaar. Dat betekent echter niet dat plastic niet ambachtelijk kan zijn. De kennis zat altijd vooral in de industrie: als doorsnee persoon kon je er nooit wat mee. Maar nu wel.”
En zo moet men het materiaal ook in een ander daglicht gaan zien. “Hout rot weg, metaal roest weg, maar plastic blijft superlang liggen. En toch zijn we het gaan beschouwen als een spotgoedkoop wegwerpmateriaal. Dat is allerminst de natuurlijke waarde – het komt van een schaars goed, olie, en is moeilijk te verkrijgen – maar puur de waarde die wij het ten onterechte zijn gaan geven.”
Hij toont een klimmuur met bouldergrepen: stuk voor stuk gemaakt van zijn plastic confetti. Even verderop liggen plastic brillen, telefoonhoesjes, lampen, ladders en sieraden, opgestuurd uit alle windstreken. In het Keniaanse Kisii heeft hij samen met de Verenigde Naties een Precious Plastic shop opgezet. Een zeecontainer met een vergelijkbaar fabriekje wordt binnenkort naar de Malediven verscheept. Hij won al de Social Design Award van 10.000 euro en daags na dit interview het VPRO Toekomst Bouwdepot van eenzelfde bedrag. Hij wist het geld meteen te besteden: een chocoladereep voor Dave en de rest voor zijn team en het project.
Potentie
Volgens de Universiteit van Georgia is er de laatste 13 jaar meer dan 4 miljard ton plastic geproduceerd, waarvan bijna 80 procent op de vuilnisbelt of in het milieu belandt. Alleen in de oceanen komt elke dag al 22 miljoen kilo plastic terecht. “We zijn nog niet klaar”, weet Dave. “Fuck, er ligt nog zoveel potentie. Overal zijn er mensen die wel willen helpen, maar gewoon niet weten hoe. Ik hoop ze de kans te kunnen bieden om hun energie om te zetten in daden.”
Stiekem hoopt hij echter dat Precious Plastic het zo snel mogelijk zonder hem redt. Hij heeft immers een volgend doel in het vizier om zijn pijlen op te richten. In Cambodja deed hij al research naar de kledingindustrie. En op story-hopper.com is te zien hoe hij een jaar lang op één echte en één nep-Nike loopt, evenals zijn pleidooi voor labels die eerlijker specificeren waar een kledingstuk is gemaakt. “De mode-industrie is supervervuilend. Ik zou daar heel graag wat mee doen.” Droogjes: “Maar voorlopig zit ik nog wel even aan het plastic vast.”